Prinsen en prinsessen

Bijna alle kinderen worden tegenwoordig door hun ouders gezien als de leukste, beste, knapste, grappigste van de hele wereld. Ik vroeg me nu af of dat iets van deze tijd is of dat het een universeel gegeven is dat je als ouders nou eenmaal je eigen kinderen het allerleukst vindt

De afgelopen weken ben ik heel druk geweest met het schrijven van rapporten en het houden van tien-minuten-gesprekken met de ouders. en daarbij realiseerde ik me maar weer eens dat een rapport voor ouders heel belangrijk is en dat ze daarin vooral willen teruglezen wat er goed gaat en waarom hun kind fantastisch is. Het liefst hebben ze dat er leuke details in staan zoals: “uw kind heeft een goed gevoel voor humor en maakt veel woordgrapjes. Je kan zien dat hij een goed taalgevoel heeft ” of  “Pietje is erg sociaal. De andere kinderen willen altijd graag met hem spelen. hij is lief en zorgzaam en verzint leuke dingen om te doen”.

Nu zegt u waarschijnlijk: “ja, natuurlijk moeten er dat soort zinnetje in een verslag staan! En dat vind ik ook,  maar verzin maar eens voor elk kind bij elk onderdeel van het rapport iets nieuws en bijzonders. Per kind moet je ongeveer 10 van deze zinnetjes bedenken en dat is vooral bij het tweede rapport nog niet zo gemakkelijk. In mijn klas zitten nu 24 leerlingen. Je kan ook niet bij alle kinderen ongeveer hetzelfde schrijven want ouders lezen vaak ook de rapporten van vriendjes en gaan ze vergelijken.

Verslagen schrijven is iets wat je niet leert op de PABO. Eigenlijk krijg je daar sowieso geen les in hoe je een rapport schrijft. Maar wat je als student, zonder kinderen en ergens tussen de 18 en 25, al helemaal niet weet is dat ouders hun kinderen zó zien.  Je weet wel dat ze ze lief vinden en alles voor ze over hebben, maar die adoratie snap je pas als je zelf ook kinderen hebt.

groep 1
groep 1. rechts onderaan (met dat rare korte haar) zit ik.

 

Nou zat ik te denken of dit vroeger anders was. ik dacht aan mijn eigen basisschooltijd. Ik woonde in een dorp in Gelderland en zat daar op de Rooms-Katholieke school “De Wegwijzer”. Dit was de enige school in het dorp dus alle kinderen zaten hier op. We fietsten al heel vroeg zelf naar school en naar huis  dus de ouders kregen alleen daardoor al, veel minder mee van wat er op school allemaal gebeurde. Drie keer per jaar kregen we een rapport wat vooral bestond uit bolletjes (goed, ruim voldoende, voldoende en onvoldoende) en daar stond verder niet zo veel bij. Misschien één regeltje. Bij mij was dat altijd: “Jitske kan het wel, maar doet het niet.”

groep 2
groep 2. Nog steeds bij juf Ans, nu helemaal links met die geitenwollen sokken.

 

Mijn moeder ging dan twee (maar het kan ook één zijn) keer per jaar naar een 10- minutengesprek, waarbij dan vooral werd besproken hoe het ging met rekenen en taal. Je liet je rapport aan zoveel mogelijk mensen lezen, zeker je opa’s en oma’s, maar dat was vooral omdat je er dan wat geld voor kreeg, meestal 1 gulden.

groep 4
groep 4. Ik zit helemaal bovenaan met die vlechtjes en die glimlach.

Maar zouden al die Winsenaren hun kinderen net zo speciaal en uniek gevonden hebben als de ouders nu op onze Montessori- school in Amsterdam zuid? Dat betwijfel ik ten zeerste. Waarschijnlijk hielden ze net zo veel van hun kinderen maar dachten ze: Als hij later maar gelukkig wordt en een fatsoenlijke baan krijgt, vind ik het allang best.

groep 6
groep 6. Helemaal vooraan in het midden

 

Nu liggen de verwachtingen van ouders volgens mij een stuk hoger. Willen we niet allemaal dat ons kind geniaal wetenschapper, kunstenaar, astronaut of filmacteur wordt? Dat het uitblinkt in waar het goed in is, een heel gelukkig leven gaat hebben met massa’s vrienden, veel verre reizen, cultureel onderlegt, geestig en slim. Dat hij/zij daarnaast ook nog heel vaak bij zijn ouders op bezoek gaat en daar een gezellige, vriendschappelijke band mee onderhoudt. Niemand is de middelmaat! zeker onze eigen kinderen niet.

groep 8
groep 8. weer vooraan in het midden en weer met mijn sokken in mijn broek (dat was mijn persoonlijke stijl-kenmerk)

Ik ben heel benieuwd wat jullie hierover denken. Hoort het bij deze tijd of is het van allertijden? En is het iets ergs of juist goed?

3 reacties

  1. Wat een mooi stuk! Ik denk dat het een biologische kwestie is dat je je eigen kind zo prachtig vindt. Je moet er tenslotte volledig voor zorgen. Dat is wel heel zwaar als je dat kind niet zo aardig vindt 😉 Volgens mij is dat simpelweg (als dier bekeken) een geprogrammeerd biologisch proces.
    Ik merk zelf trouwens ook bij de 10-minuten gesprekken dat ik er behoorlijk geprikkeld van word om iemand anders te horen zeggen wat er allemaal niet goed gaat bij mijn kind. Ik zie dat zelf ook wel, maar tegenwoordig ligt en de lat heel hoog (te hoog op bijvoorbeeld de kleuterleeftijd vind ik zelf) en daarnaast gaat het nooit over de talenten van het kind. Het lijkt een kwartier lang een afbraakproces over waar hij slecht in functioneert. En ik hoor die geluiden bij heel veel ouders. Terwijl dat waar een kind goed in is, zijn inzet en kwaliteiten later juist bepaalt. Als je de focus, ook voor het kind zelf, constant legt op wat hij niet kan, dan passeer je de talenten van het kind en ontmoedig je hem. Ik heb zelf ooit ook op de Pabo gezeten en uiteindelijk heb ik een lerarenopleiding Frans gedaan. Ik vind dat de opleidingen van de docenten en de schoolsystemen voor de kinderen in Nederland niet genoeg bieden om de kinderen zich optimaal te laten ontplooien. Er wordt niet genoeg aandacht aan besteed. Niet op de opleiding van de docenten en niet op de school zelf. Het gaat veel over gemiddelden en hoe je een kind moet pushen zodat het kind dat kan halen om later zo hoog mogelijk te scoren op de arbeidsmarkt. Dat staat mij behoorlijk tegen. Want als een kind het niet goed bijbeent dan plakt men er ook binnen korte tijd een stickertje op. Pas hoorde ik van een klas van 21 kinderen waarin 11 kinderen zaten met een of andere stoornis (‘etiketje’). Dat vond ik schokkend en ik zie in die klas alleen maar normale kinderen. De ene wild en de ander kalm. Verschillende, leuke kinderen, waarvan een aantal boven en een aantal onder het gemiddelde zat. Zoals elk mens.
    Ik zit al ruim 20 jaar niet meer in het onderwijs omdat ik me er niet in thuis voelde (ik was het niet eens met het eenzijdige systeem 🙂 ). Dus ik kan niet oordelen over de eisen die tegenwoordig aan docenten worden gesteld en hoe het voor jullie voelt. Want ik denk dat jullie knap overbelast worden op sommige vlakken en dat het heel moeilijk is om in een drukke klas met meer dan 20 kinderen nog echte aandacht voor het individu achter het klassenkind te zien. Maar ik vind het wel meer nodig… Want dat mijn 5-jarige kleuter huilend op de grond ligt en ’s nachts niet meer slaapt omdat de juf vindt dat hij de voorzetsels niet goed gebruikt en dat telkens weer vertelt (maar niet de tijd neemt om hem rustig te laten praten in de klas), dat mijn broer in de vakanties met zijn 4-jarige het schrijven van de eu, de ui en de au moet oefenen in plaats van dat die jochies in hun vrije tijd samen in bomen klimmen of een hut leren bouwen…. Die instelling vind ik niet gezond voor een kind. En het is wel wat er nu gebeurt.
    Ik wil alleen maar een gelukkig kind. Of dat nou als boswachter, vuilnisman of als astronaut zal zijn, dat ligt bij hem. Als hij maar gelukkig is met wat hij kan en wie hij is. Hij blij, ik blij.
    Ik hoop niet dat je schrikt van mijn reactie. Maar ik ben de laatste maanden best bezig met wat kinderen leren en wat niet. En ik vind de tendens in het onderwijs (zeker het kleuteronderwijs, waar ik nu mee te maken heb dus daar ligt mijn accent dan ook op) niet goed…. Maar dat verwijt ik jou niet hoor! 🙂 Ik hoop dat je veel nuttige en leuke reacties krijgt. Goed stuk, dank! xx

    Like

  2. Ha Jits, Nou dit was weer een heel goeie jitstips! Bravo! Interessant onderwerp, Buul en ik vroegen ons meteen af: wat deden onze ouders, hoe graag wilden ze dat wij president van Nederland werden? Wat Hermien betreft: zij stimuleerde ons om te lezen, te leren, in de wereld rond te kijken, opinies te ontwikkelen. En zij was heel blij toen ik mijn doctoraal Spaans deed en ze was trots daarop! Buuls vader vond het heel gewoon dat twee van zijn kinderen gingen studeren zoals in de familie gebruikelijk was, maar hij was geen snob en vond het geen enkel probleem toen Buuls broer naar de Lagere Landbouwschool ging, wat hij graag wilde. En wij tov Thomas? Wij wilden, c’est sûr, dat ie leuk, aardig voor anderen, intelligent, geestig, tolerant, voorkomend, eerlijk, enz.enz. En dat allemaal tegelijk. Xxxx

    Renee

    Sent from my iPad

    Like

  3. Weer een interessante beschouwing Jtske. Leuk om op de eerste foto Ole met een jurkje aan te zien en op de tweede foto Louis met een jurkje. Ik zie steeds een vrolijk, gelukkig kind en wat is er van geworden: een vrolijke , lieve, gelukkige vrouw. Toch? Verder zou ik jouw hele verhaal 30 jaar geleden geschreven kunnen hebben. Van alle tijden dus. Ouders die opkomen voor hun kind is een zegen. Gisteren toevallig in Alkmaar Ciske de Rat gezien door hele goede amateurs. Twee dingen zou Joop zeggen: 1.Wat een ramp als een moeder niet opkomt voor haar kind. 2. Wat een zegen een goede leerkracht op de basisschool te hebben (zoals jij). Zie het goede in elk kind en laat de ouder , maar vooral het kind zelf dat weten xxx

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s